Vogelhuisje of nestkast? Zo maak je je tuin welkom voor vogels

Er gaat weinig boven het geluid van vogels in de tuin. Dat vrolijke gefluit in de ochtend, het getjilp tijdens het tuinieren, het maakt alles nét een beetje levendiger. Het leuke is: je kunt die vogels heel makkelijk een handje helpen. Bijvoorbeeld door een vogelhuisje of nestkast op te hangen. Maar wat is eigenlijk het verschil tussen die twee? En waar moet je op letten als je vogels echt een fijne plek wilt geven?

Wat is nou precies het verschil?

Eerlijk gezegd: in de praktijk worden de termen “vogelhuisje” en “nestkast” vaak door elkaar gebruikt. En dat is helemaal prima. Sommige mensen bedoelen met een vogelhuisje vooral iets decoratiefs, iets wat leuk staat in de tuin. Een nestkast klinkt dan wat technischer, alsof het vooral bedoeld is om vogels echt te laten broeden. Maar uiteindelijk komt het op hetzelfde neer: een beschut plekje waar vogels zich thuis kunnen voelen en veilig kunnen nestelen.

Waarom zou je een vogelhuisje ophangen?

In het wild zoeken vogels natuurlijke plekjes om te broeden, zoals boomholtes of spleten in oude schuurtjes. Maar door verstedelijking, nieuwbouw en het verdwijnen van oude bomen worden die plekken steeds schaarser. Door een vogelhuisje op te hangen, geef je ze weer wat ruimte terug.

En het is ook gewoon hartstikke leuk om te zien. Hoe een meesje nieuwsgierig de opening inspecteert, hoe er nestmateriaal wordt aangevoerd en uiteindelijk: piepkleine koppies die boven de rand uitkomen. Je hoeft er echt geen vogelkenner voor te zijn om daarvan te genieten.

Waar let je op bij het kiezen of maken?

Niet alle vogels zijn op zoek naar hetzelfde soort huis. Koolmezen en pimpelmezen houden van een dichte kast met een klein rond gaatje. Roodborstjes en merels zoeken liever een halfopen nestkastje. Dus het model dat je kiest bepaalt voor een groot deel wie er op bezoek komt.

Een paar praktische dingen om in je achterhoofd te houden:

–          Zorg dat het huisje niet lekt en een beetje kan ventileren.

–          Hang het op een rustige plek, uit de volle zon en niet pal in de wind.

–          Richt de opening bij voorkeur naar het oosten of noordoosten.

–          Maak het kastje in het najaar schoon (gewoon even het oude nestje eruit en klaar).

Zelf maken of gewoon kopen?

Zelf maken is leuk, zeker als je een beetje handig bent of er een gezellig knutselprojectje van wilt maken met de kinderen. Je hebt niet veel nodig en online zijn genoeg simpele bouwtekeningen te vinden. Geen zin of tijd om te zagen en schroeven? Geen probleem. Er zijn genoeg kant-en-klare vogelhuisjes te koop die écht goed werken en er ook nog eens leuk uitzien. Een vogelhuisje kopen hoeft niet duur of ingewikkeld te zijn zolang het veilig, droog en passend is voor de vogels, zit je goed.

Kleine moeite, groot plezier

Met een simpel vogelhuisje kun je al een groot verschil maken. Niet alleen voor de vogels, maar ook voor jezelf. Je haalt leven in je tuin, draagt bij aan de natuur en krijgt er een prachtig schouwspel voor terug. En wie weet: misschien zie je straks de jonge vogeltjes uitvliegen. Dat is toch pure lente?